Venster Werkset, tabblad HTML

Het tabblad HTML in het venster Werkset bevat diverse onderdelen die zijn bedoeld om webpagina's sneller te kunnen ontwerpen. Als u een object wilt maken dat met een hulpmiddel in de werkset overeenkomt, klikt u in de Ontwerpweergave of de HTML-weergave op de knop van dit hulpmiddel en sleept u deze naar het document. U kunt ook dubbelklikken op een knop als u een object op de huidige cursorpositie wilt plaatsen. Maak of open een HTML-document als u het tabblad HTML in de werkset wilt weergeven. Kies Werkset in het menu Beeld. Klik in de werkset op het tabblad HTML. U kunt in het dialoogvenster Werkset aanpassen de verzameling knoppen wijzigen die wordt weergegeven op de tabbladen van de werkset. Standaard bevat het tabblad HTML van de werkset de volgende knoppen.

Knop Functie
Als deze functie is ingeschakeld, kunt u objecten in een document naar een andere locatie slepen en het formaat wijzigen.
Hiermee worden de bereikcodes (<SPAN>Span</SPAN>) in een document geplaatst met daartussen het woord Span.
Hiermee wordt een knopobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Button1 type=button value=Button>

De id voor de eerste knop is Button1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1. De standaardnaam voor elke knop is Button.

Hiermee wordt een knopobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Reset1 type=reset value=Reset>

De id voor de eerste knop is Reset1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1. De standaardwaarde voor elke knop is Reset.

Hiermee wordt een knopobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Submit1 type=submit value=Submit>

De id voor de eerste knop is Submit1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1. De standaardwaarde voor elke knop is Submit.

Hiermee wordt een tekstobject van ΘΘn regel op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Text1 type=text>

De id voor het eerste tekstveld is Text1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een tekstgebiedobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<TEXTAREA id=Textarea1 rows=2 cols=20></TEXTAREA>

De id voor het eerste tekstveld is Textarea1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1. Als de tekst die u typt het standaardweergavegebied overschrijdt, kunt u het formaat van het tekstgebied wijzigen of de standaardschuifbalken gebruiken om de verborgen tekst weer te geven.

Hiermee wordt een bestandsveldobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=File1 type=file>

De id voor het eerste bestandsveld is File1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een wachtwoordveldobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Password1 type=password>

De id voor het eerste wachtwoordveld is Password1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een selectievakobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Checkbox1 type=Checkbox CHECKED>

De id voor het eerste selectievakje is Checkbox1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een keuzerondjeobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<INPUT id=Radio1 type=radio>

De id voor het eerste keuzerondje is Radio1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een tabelobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<TABLE cellSpacing =1 width="75%" border=1>
<TR><TD></TD><TR></TABLE>.
Hiermee wordt een deelvensterobject met lineaire indeling op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<DIV style="WIDTH: 100px; HEIGHT: 100px" ms_positioning="LinearLayout"></DIV>.

Dit element wordt gebruikt voor het implementeren van het bewerkingsmodel 1D/2D.

Hiermee wordt een deelvensterobject met rasterindeling op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<DIV ms_positioning="GridLayout">
<TABLE height=100 cellSpacing=0 cellPadding=0 width=100 border=0 ms_2d_layout="TRUE">
<TR vAlign=top>
<TD width=100 height=100></TD></TR></TABLE></DIV>.

Dit element wordt gebruikt voor het implementeren van het bewerkingsmodel 1D/2D.

Hiermee wordt een afbeeldingsobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<IMG alt="" src ="">
Hiermee wordt een keuzelijstobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<SELECT size=2 ID=Select><OPTION></OPTION></SELECT>

De id voor de eerste keuzelijst is Select1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een vervolgkeuzelijstobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<SELECT ID=Select1> <OPTION></OPTION></SELECT>

De id voor de eerste vervolgkeuzelijst is Select1. De daaropvolgende id-waarden worden verhoogd met 1.

Hiermee wordt een horizontaal regelobject op de pagina geplaatst, door middel van opmaakcodes, zoals de volgende:
<HR width=100 size=1>